Stapschoenen aan.....en gaan!

18 september 2019 - Soň-Köl, Kirgizië

Na onze roadtrip en bijzondere sportieve ervaringen keerden we terug naar Bishkek om te genieten van een welgekomen rustdag. Bijna twee maanden onderweg kruipt in de kleren en daagt de pauzeknop behoorlijk uit. Geen betere plaats om even te relaxen en alle praktische zaken op orde te zetten dan het Freelander Hostel, onze uitvalsbasis in Bishkek. Onderweg naar deze stek ontmoetten we Nitin in de gedeelde taxi die Aibek als laatste geste voor ons geregeld had. Bij de start in Almaty was deze excentrieke Indiër nog een nobele onbekende. Bij aankomst in Bishkek hadden we een uitnodiging voor de driedaagse trouwpartij van zijn zus beet, werden we getrakteerd op een taxiritje en deelden we contactgegevens uit voor het geval dat.

Daags na ons ontspanningsmoment reden we een drietal uur naar de stad Kochkor om ons de volgende ochtend te laten droppen op de Kyzart pass. De bergpas bleek prachtig verguld in een vers laagje sneeuw. We snoerden de rugzak op de rug, bonden onze stapschoenen aan en zetten met flinke tred een eerste stevige klim in. Amper enkele stappen later trokken we onze fitheid in twijfel. Hijgend en zwoegend zetten we de ene voet voor de andere. Voeten die zwaarder leken te wegen dan voorheen, een hartslag die onervaren pieken bereikte, tong languit uit de mond. De 3000m hoogte had het nodige effect op onze fysieke toestand en maakte de uitdaging nog groter. Een zondagswandeling werd het allerminst.

Opnieuw sportieve uitdagingen dus, deze keer niet beloond met medailles. Wel met prachtige vergezichten, fantastisch besneeuwde bergtoppen, wondermooie beelden, een 'waaw-gevoel' keer op keer. Want zo gaat dat nu eenmaal in de bergen. Elke beklimming heeft een verrassing in petto bij het bereiken van zijn hoogtepunt. Emoties schieten doorgaans mee de lucht in, een genietbare pauze is veelal gebruikelijk, het lichaam maakt zich geleidelijk aan klaar voor de oververdiende afdaling. Op deze tred dolden we de eerste twee dagen van onze tocht met flink wat hoogtemeters, de ene verrassing al wat indrukwekkender dan de andere.
Na deze overtocht bereikten we op dag twee het grote Son Kol meer, badend in de zon. De volgende dagen stapten we de oever rond en genoten we onder meer van de bijzondere weidsheid, de vele grazende dieren, de omliggende glinsterende bergtoppen en de immer gezellige yurtkampen.

De nacht brachten we steevast door in een yurt. Deze nomadententen worden in het zomerseizoen als toeristenkampen opgezet langs de oevers van het meer en hier en daar ietwat verborgen in een bergvallei. In de grotere kampen telden we al gauw een tiental yurts en bespeurden we een extra vleugje luxe in de vorm van een zittoilet. De kleinere kampen, uitgebaat door één familie omvatten slechts een drietal yurts en straalden meer gezelligheid uit. Hier beleefden we meer het echte familiale gebeuren en waren de contacten hartelijker. 

Buiten de lunch, die we zelf hadden aangekocht in Kochkor, gebruikten we onze maaltijden steeds in de dinneryurt. Een rijkgevulde tafel aan gebakken deegwaar, verschillende confituren, fruit, koekjes en snoepjes stonden steeds klaar voor de gasten. Van bij aankomst werd de thee met de glimlach geschonken en tot in de eeuwigheid bijgevuld. Het avondmaal omvatte dikwijls een stevige portie soep, enkele honken brood en alweer een karrenvracht aan thee. Het ontbijt varieerde van spiegelei met gepekelde tomaat en komkommer tot spiegelei met brood. 

Op het einde van stapdag vier leek het drinken van niet bijzonder zuiver water zijn effect te hebben. Benen voelden zwaarder aan, de samenhang van onze stoelgang miste binding en vermoeidheid stak de kop op. Dag vijf leek de dag te veel te worden. De zon had inmiddels ook plaats gemaakt voor donkergrijze sneeuw- en regenwolken. We vatten de tocht nog aan maar beslisten na een aantal zwoegende kilometers en bij het voelen van de eerste regendruppels om het zekere voor het onzekere te nemen. 
We begaven ons richting veldweg en brachten onze arm in een licht opwaartse beweging toen de eerste auto naderde. 

Enkele tellen later zaten we op de achterbank bij Mona en Dennis, lekker droog en warm. Nog groter werd ons geluk toen we na wat heen en weer gecomplimenteer hoorden dat we de hele rit tot Bishkek mochten volbrengen. Hier komt de Lucky Bastard weer piepen. Zeker als je weet dat op een doordeweekse dag slechts een handvol auto's te zien zijn op de weg langsheen het Son Kol meer. De meesten van hen voor een rit tot één van de twee nabijgelegen steden een negentigtal kilometer verderop. Na een half uurtje weg lopen een lift fiksen die je rechtstreeks naar je eindbestemming op een dikke 300 kilometer brengt, is dus best een mooie portie puur geluk te noemen.

Na al dit geluk legden we ons oor te luister bij ons lichaam en organiseerden we een nieuwe rustdag. Inmiddels hebben we er alweer een veertien uren durende deeltaxirit opzitten en maken we ons in Osh klaar om morgen onze achtdaagse roadtrip op de Pamir Highway aan te vatten.

Foto’s

2 Reacties

  1. Griet:
    18 september 2019
    Prachtig Kirgizië!!
    Geniet en verzorg jullie goed he!
  2. Moeke:
    23 september 2019
    Super mooie prenten weeral.....en een lekkere volle tafel !
    Geniet verder en hou veilig hé